De pest voor een schip

Proloog

Omdat we vrijdags geen vlees mochten eten, kwam die dagen vis op tafel. Vreemd voedsel voor een volk dat zover van de zee woont maar de arm van het kerkelijk gezag reikte tot op het bord. Als de pastoor in zijn zondagspreek toespelingen maakte op de enkeling die zich daaraan onttrok, viel er een ijzige zag in de kerk. Iedereen wist wie hij bedoelde, ik zag het aan de hoeden van de vrouwen. De pest voor een schip

Noodged wongen kocht mijn moeder vis op de markt. Ze haalde hem zomer en winter met de fiets in G. wanneer ze terugkwam, moest ik haar helpen om alle boodschappen die aan het stuur van de fiets hingen naar de keuken te brengen. Ook de haringen die in doorweekte kranten onder de snelbinders van de bagagedrager hadden gelegen. Er hing een weeïge lucht aan die ik vies vond en die aan mijn hele lijf leek te plakken. Ik droeg ze zover mogelijk voor me uit naar de keuken zodat zelfs geen puntje van het papier mijn jurk kon raken. ‘Stel je niet aan’, riep ze mij achterna, ‘zo word je nooit een dapper meisje’.

De pest voor een schip

ISBN 90 5226 0044

Zo gauw ik het pal had neergelegd, rende ik naar buiten met mijn handen in de lucht en gespreide vingers om de geur in slieren van mijn af te laten glijden. Ik keek, hardlopend, achter mij en zag de lange draden die ik in gedachten rond de lantaarnpalen wikkelde en, als dat niet voldoende was, ook nog om het hek dat voor de kerk stond. Pas daarna kon ik weer naar buiten om mijn handen te wassen.

 



hit counter


Recent Posts